Ontdek PLUS

Pieter Bots

Kent 0 personen

MARRIED
Woont in -

    Bekijk het volledige profiel van Pieter Bots en al je andere schoolgenoten!

    In SchoolBANK kun je GRATIS je scholen terugvinden en weer in contact komen met je docenten en schoolgenoten. Registreer je en begin meteen!

    Pieter Bots heeft 5 klassenfoto's en kent 0 schoolgenoten. Benieuwd of jij iemand herkent?

    Meld je snel aan en vind jouw oud-schoolgenoten en klassenfoto's terug!

    Aanmelden

    [Bijgewerkt op 15.

    [Bijgewerkt op 15.07.2006] Mijn vroegste schoolherinneringen beginnen in het voorjaar van 1967 bij de kleuterschool die bij de Mariaschool hoorde. Nu ik ze opschrijf blijkt pas hoe gedetailleerd ze soms zijn. Helaas beperkt de nieuwe SchoolBANK software de schrijfruimte, zodat ik hier een beknopt verslag moet doen. Gelukkig bestaat er ook een andere schoolpagina op het Nederlandse internet waar nu mijn uitgebreide verhalen te lezen zijn. Het moet voorjaar 1967 zijn geweest. Nieuwsgierig geworden door de verhalen van mijn oudere broertje Arjen wilde ik graag naar school. Het was carnaval en ik ging als nèt-vierjarige als indiaan uitgedost. Het kleuterschoolgebouw bestond in die tijd nog uit twee houten noodvoorzieningen die er uitzagen als gestrande woonboten. Al gauw betrokken we de nieuwbouw die ‘de Speeldoos’ bleek te heten. Het nieuwe gebouw had fantastische voorzieningen: klaslokalen met een zandtafel en zelfs een ronde waterbak erin, een aparte kleutergymzaal, een grote speelplaats met een aparte berging vol groot houten speelgoed (karren, kruiwagens) en een voor mijn gevoel enorme zandbak. Tot zover het decor, nu de spelers voor zover ik die mij nog herinner. In de hoofdrol natuurlijk juffrouw Lutmer (die later zou trouwen met meneer Van der Hende van de derde klas) en juffrouw Douma. Juffrouw Douma is overigens nooit ‘mijn’ juf geweest; juf Lutmer werd het jaar daarop juf van de tweede klas. Ik weet nog dat ik toe al het gevoel had van “Wij zijn nu de grote kinderen!” Met carnaval dat jaar ging ik als schaatskampioen verkleed – het was immers de tijd van “Ard en Keessie, samen kampioen / en als die Ard niet rijden wil zal Keessie het wel doen!”. Maar het probleem was wel dat ik niet de goede schaatsmuts had: Ard Schenk had een blauwe met een rode-witte ‘omgekeerde V’ op het voorhoofd – de Nederlandse vlag – en bij mijn muts was dat blauw-grijs. Dat ik geen stoere noren maar ‘onderschroevers’ aan een veter om mijn nek had hangen vond ik veel minder erg. Van het feest zelf herinner ik mij de confetti en vooral de serpentines waarmee ik leerde gooien. En natturlijk “Mien, waar is mijn feestneus?” zingen! Van de kinderen met wie ik speelde herinner ik mij als eerste Helen Dirks – wie vergeet er immers zijn eerste liefde? Terwijl de jongens druk riddertje en rovertje aan het spelen waren op de plaats, speelde ik in de halfopen ruimte vóór de speelgoedberging de rol van ‘het veulen’ in een overigens totaal onduidelijk scenario dat door Helen en haar vriendinnetjes werd verzonnen. De bijkans intieme sfeer heeft ongetwijfeld bijgedragen aan mijn romantische gevoelens toen, die ik overigens nooit heb uitgesproken. Helen verhuisde bovendien al snel. Mijn eerste verkering had ik met Hester Straatman. Nu wist ik niet wat ‘verkering’ betekende, maar dat wilde ik niet laten merken. Hester wist er meer van en het had iets te maken met gearmd naast elkaar zitten. Verder had ik een stoere Esso ‘tijger in je tank’ sticker van haar gekregen, maar die wilde aan het eind van de dag al niet meer aan mijn trui blijven plakken. Onze verkering heeft geloof ik nog korter geduurd. Met de jongens speelden we vooral dingen na. Zo herinner ik me een vechtscène met Lucky Luke en de Daltons en een episode uit de Thunderbirds waarin de hoofdrolspeler in de brandende zon op een brug stond en niet mocht bewegen omdat die anders zou ontploffen. Ook speelden we "Tjerrietje" (Thierry de Slingeraar). *******************

    De Speeldoos, 1967

    Vooralsnog maar even in het kort wat impressies.

    Vooralsnog maar even in het kort wat impressies. 1974 - Klas 1F: vooral genoten (gelukkig t/m de 3e klas) van m'n leraar Engels Aloys Doodkorte - heeft me met zijn prachtige basstem en inspirerende lessen een blijvende liefde voor die taal meegegeven. Andere leraren: Ronald Dietz (Nederlands: "Wie is Guus L. Spaan?"), Piet Maas (klasseleraar, Wiskunde), Binneweg (Frans), zuster Florentia (handenarbeid), Mulder (gym), Chris Fictoor (muziek), Van den Homburg (aardrijkskunde). Jonge geschiedenisleraar die geen orde kon houden. Voor klasgenoten: zie klassefoto met namen. Nog wat losse herinneringen: schoonmaakcorvé na de lunchpauze, boonkiemexperiment bij biologie, swingen op "Voulez-vous coucher avec moi" tijdens de klasse-avond. Klas 2F: Nederlands van mw. Hoekstra-Tanja, Latijn van Derix (klasseleraar - ik ben nog steeds trots op zijn compliment "deze vertaling doet mij aan Grolsch-bier denken"), Frans van mw. Lagros, Natuurkunde van een leraar die Martin vanwege zijn Vlaamse accent "Peerke" noemde (toffe man die gezellig meeging op excursie naar de Romeinse opgraving in Nijmegen, waar Peter Overdijk hem broodjes bleef aanbieden). Godsdienst van pater Van den Akker (jonge, enthousiaste man die prachtig teksten op populaire melodieen kon improviseren), Duits van Schlemkes (prachtig wit spijkerpak had die man), Geschiedenis van Jhr. Verheijen ("Amice vere et recte!", "... trad in het houwelijk met ..."). Beetje vlinders in mijn buik van Marilou Engels. Klas 3F: vanaf nu "echt" in Haren. Nog wel natuurkunde in de Wijert, dus dat betekende fietsen. Vrienden: Peter van Leijenhorst en Peter Gevers. Nog steeds Latijn van Derix, Grieks erbij van de immer enthousiaste Oostergo. Wiskunde wordt nu echt serieus met Jongma. Biologie van Wessels, Aardrijkskunde van pater Van Zeeland (alias "Snuf"), Scheikunde van "Pipo", Nederlands van "Buldog" (sorry, hun echte namen ontschieten me even). Klas 4N: Engels vanaf nu van Anja Verolst, scheikunde van "Big Mama" Diepenrink, Natuurkunde van Versteeghe. Voorbereiding op pakketkeuze in een jeugdherberg. Frans laten vallen, maar Duits van juffrouw Dooper is bijzonder, zeker wanneer ze in de clinch ging met Erik Schaub of later met Theo Prins. Klaverjassen met Martin, Hans, Ruud, en later vooral met Chris, Marcel en Ico wordt een vaste gewoonte. Vanaf nu regelmatig feestjes bijklasgenoten thuis (Eagles: Hotel California, Grease). Big event: voorjaarskamp op Vlieland met spannend nachtspel, sluipend door het helmgras terwijl de lichtbundel van de vuurtoren over de duinen strijkt. Klas 5N: Het eindexamen komt in zicht. Latijn nu van Van Luijn, Natuurkunde van Koopman (klasselereaar). Muziek van Meat Loaf, 10cc, AC/DC. 's Nachts zo nu en dan sterren kijken bij Michael. Vormingsweek o.l.v. vage vogel met baard (uiteraard). Docenten voeren "Bloed en Liefde" op, eindexamenstunt door 6e klassers, Brian Werkhoven imiteert Lou Reed's "Wild Side" op indrukwekkende wijze. Stille verliefdheid op Miriam van der Klaauw. Klas 6N: Schoolonderzoeken en examens, zonnige lente nodigt uit tot in het gras liggen. Ook nu een "fin de siècle"-sfeertje. Zelfgemaakte rookbommen bij onze eindexamenstunt maken geen indruk a.g.v. sterke wind. Met Marcel Kortekaas naar Den Haag voor "toelatingsexamens" om een jaar naar Amerika te kunnen. Ik krijg te horen dat ik naar Carlisle mag, 15 km van Harrisburg vandaan, waar net de kerncentrale op Three Miles Island lek raakt...

    Maartenscollege, 1974

    [Bijgewerkt op 15.

    [Bijgewerkt op 15.07.2006] Na de kleuterschool begon ik in de tweede klas van de Mariaschool bij meneer Voerman. Voor hem was het ook zijn eerste jaar op die school, maar of dat me heeft geholpen me eerder op mijn gemak te voelen weet ik niet. Van de eerste lessen weet ik nog dat ik al heel snel door de blaadjes van mijn multo heenging. Ik had er ook maar negen: drie met lijntjes, drie met ruitjes en drie witte. Dus moest ik al gauw een blaadje ‘lenen’ bij een klasgenootje. Toch werkten we in mijn herinnering vooral met schriften, dus hoe dat met die multo is afgelopen...?De grote gebeurtenissen in de tweede klas waren uiteraard de bloederige val van Hans Leber (zie mijn stukje over Hans) en mijn liefdesbriefwisseling (nou ja...) met José Koning (zie elders mijn herinneringen aan José). In de derde klas had ik les van meneer Van den Hende, een knappe noorderlijke man die in een Ford Capri reed. Rustig, vriendelijk en humoristisch, denk ik nu. Een man die verhalen echt spannend kon maken. Van hem heb ik het eerste couplet van het Groningse volkslied geleerd. Wat een prachtig woord, dat ‘pronkjewail’! In de vierde klas kwam ik bij juf Vonk in het lokaal op de begane grond rechts van de hoofdingang. Naast de toch vaak grappige meneer Van den Hende stak juf Vonk nogal streng af. De eerste keer dat ik een stukje werk bij haar inleverde (een taaloefening die ik als eerste af had) werd het vel onder de uitroep “Wat is dat nou?!” uit m’n schrift gescheurd. In de vijfde klas kregen we les van juf Swarte (eigenlijk mevrouw Swarte-Groothuis, wat voor die tijd nog uitzonderlijk was) en omdat de Mariaschool steeds minder nieuwe leerlingen kreeg en de klassen daardoor wel erg klein werden, kregen we in dat jaar enige tijd samen les met een (derde?) klas onder ons. Juf Swarte had een grijs-beige Volkswagen Kever, of in elk geval herinner ik me mijn eerste ritje in zo’n auto (met plastic bloem aan het dashboard) op een dag dat ik (nog pas in de tweede of derde klas) naar huis liep (1,5 kilometer) en een lift kreeg. Ik herkende de dame die 100 meter verderop mij heftig gebaarde op te schieten niet meteen en negeerde haar geroep totdat ik zag dat het een juf van onze school was. “Niet met vreemde mensen meegaan!” was er thuis goed ingehamerd... In de zesde klas kwam ik opnieuw bij juffrouw Vonk, nu in het middelste lokaal op de eerste verdieping. Juf Lefferts, die tot het jaar voor ons de zesde klas les gaf, was na de fusie met de San Salvatorschool niet langer leerkracht en schoolhoofd. Hoewel ik juf Vonk zeer waardeerde vond ik het wel jammer nooit van het ‘echte’ schoolhoofd van de ‘echte’ Mariaschool les te krijgen.Zowel de omstandigheid dat de oude school werd ‘afgebouwd’ als het gegeven dat ik nu in de laatste klas van de lagere school zat maakte dat er in onze klas toch iets van een ‘fin de siècle’-sfeertje hing. Ik denk dat het ook daarom was dat er zo nu en dan ruimte was voor niet-echt-schoolse dingen. Zo werd er van tijd tot tijd een plaatje gedraaid in de klas en soms gingen de bankjes een stuk naar achter om plaats te maken voor een dansje. In dat jaar slowden wij op “Song sung blue” van Neil Diamond en ook wel op “Je t’aime. Moi non plus” van Serge Gainsbourg. Ik herinner me nog hoe op zo’n moment juf Swarte onverwacht binnenkwam en wij snel naar onze plaats stoven – toch een gevoel van iets stiekum doen! Helaas is de ruimte hier sinds kort te beperkt om al mijn herinneringen -- uiteraard ook aan specifieke personen -- hier weer te geven. ********************

    Maria School, 1969