jan broos

Ik was 8 jaar toen ik naar kostschool ging en had er nog 2 broers en 2 neeft en andere uit Kruisland zitten oa Frans en Piet van der Heyden,Marcel en Mart Obels en mijn neven Jan en Serve Janssen.

Ik was 8 jaar toen ik naar kostschool ging en had er nog 2 broers en 2 neeft en andere uit Kruisland zitten oa Frans en Piet van der Heyden,Marcel en Mart Obels en mijn neven Jan en Serve Janssen. Het gebouw kan ik nog helemaal uittekenen .Bij binnenkomst liep je gelijk tegen een groot bord aan ,waar alle sterren die je verdiend had op stonden . Zwart,zilver en goud . Het leuke was dan als je ouders op bezoek kwamen en je jezelf altijd moest verdedigen door te beloven dat zwart zilver en zilver het volgende trimester goud zou zijn. Het eerste jaar sliep ik op een grote zaal boven de eetzaal in een klein chambretje met een gordijntje ervoor. De latere jaren sliep ik met mijn broer en neef op een kamer bij elkaar boven de keuken en keek uit op cour Holland.Als je naar bed ging moest je de waterkaraf buiten zetten ,welke dan s'nachts gevuld werd. Gewekt worden om 6.30 en om7 uur in de kapel,daarna eten en wandelen. De lessen begonnen om 9 uur en s'avonds om 7 uur studeren. De speelkwartieren bestonden uit voetballen en in de zomer rolschaatsen. Er was bij ons een jongen die reeds skeelers had en kwam volgens mij uit de kanten van tilburg.Daar kon je nooit van winnen.Guido Mesters uit hulst was toen al een artiest.'S'zondags moest hij altijd een stripverhaal schrijven en tekenen en opsturen naar de krant in Hulst . Het was volgens mij Lucky Luck achtig. Hij verdiende er toen al geld mee. Nu is hij beeldhouwer zover ik weet en ik heb er een beeld van gezien in Domburg een man op een bank. Guido had een bril op met dikke glazen. Eens per jaar was het kermis en een hoop activiteiten zoals visvangen in een bak waar stroom op stond. Een kabelbaan met water die omviel als je de bal misgooide,zaklopen,tunnel kruipen.Je kon als je won een bon verdienen. Als je drie bonnen had kon je gaan peperkoek hakken .Je moest de peperkoek in drie slagen doorslaan en dan mocht je deze meenemen. Dat was fijn om de honger s'avonds te stillen. Je kastje lag dan ook propvol.Als je iets kwaads gedaan had moest je bij de dirk komen en ging je broek omlaag om vervolgens met een spaans rietje op je achterste te meppen.Was verrekte pijnlijk Op vrije middagen was het wandelen en liepen dan vlot naar vught, grave,langs het doofstommen instituut.Alles natuurlijk in colonne van drie. Bij thuiskomst gingen we weer voetballen en in de zomer ook vliegeren. Als het op een vrije middag veel regende gingen we naar de filmzaal en dan draaide ze de film Knellende Hand,waarvan ze de hele origenele serie hadden . Een wakkere jongen heeft die serie inclusief het film en plakapparatuur gekocht toen het kostschool geloten werd. Met het eeuwfeest hadden ze van de oud leerlingen een hele nieuwe filmzaal gekregen en filmapparatuur . Het was voor die tijd hypermodern.Met het eeuwfeest speelde frater nivardus voor helderziende .Hij nam een jongen zijn hand en die bracht hem dan naar het voorwerp, maar van de grotere klassen hadden ze het gauw ergens anders verstopt en nivardus was behoorlijk kwaad. Een ander uitje was de opening van de Vliert in Den Bosch. Wij gingen daar met het gehele kostschool naar toe en deze keer niet te voet maar met de bus.Ook is er een jongen verongelukt met het van de trap af glijden via de leuning. Adrie de Bok zat ook bij ons en die deed de mis al toen . Hij had een kazuifel en alle atributen. Hij is pastoor geworden in st Willebrord en was daar zeer gezien bij de mensen. Als hij nieuwe ramen voor de kerk nodig had ,was dat in een week gefikst. Hij ging dan bij bepaalde figuren langs en zei dat hij geld nodig had en die persoon gemakkelijk een bepaald bedrag kon geven,onder het motto van "ik weet waaraan jij je geld verdient" Verders was hij erg sociaal en iedereen die hulp vroeg kreeg het. Na zijn dood kwam ik erachter dat hij bij ons in de klas gezeten had. In het jaar 1950 stonden we met het eten nog op rantsoen en kregen dan 3 sneetjes opgesmeerd met boter en beleg. 's avonds onder de studie kon je ook nog een droge boterham gaan halen. Dat heeft maar i jaar geduurd. Bezoek kreeg je niet zo vaak want iedereen woonde toch ver weg

De Ruwenberg, 1950