Bekijk het volledige profiel van Els Meijer en al je andere schoolgenoten!
In SchoolBANK kun je GRATIS je scholen terugvinden en weer in contact komen met je docenten en schoolgenoten. Registreer je en begin meteen!
Els Meijer heeft 0 klassenfoto's en kent 0 schoolgenoten. Benieuwd of jij iemand herkent?
Meld je snel aan en vind jouw oud-schoolgenoten en klassenfoto's terug!
AanmeldenAls ik aan deze school denk, zie ik meteen de inktlapjes voor me en zie en ruik ik de geur van de grote inktfles, waarmee de potjes in onze banken iedere maandagmorgen gevuld werden.
Als ik aan deze school denk, zie ik meteen de inktlapjes voor me en zie en ruik ik de geur van de grote inktfles, waarmee de potjes in onze banken iedere maandagmorgen gevuld werden. Oh, wat vond ik die geur lekker en wat genoot ik van het mooi leren schrijven met de kroontjespen. Eerst schuine streepjes en daarna het alfabet in kleine en in hoofdletters. Ik oefen dit nog af en toe, puur om van de schoonheid van die letters te genieten. Soms maakte je een vlek met de kroontjespen, maar gelukkig kon de meester of de juf dat chemisch oplossen door eerst met een donkere en daarna met een lichte substantie dat te verbleken. Helaas kreeg je dan geen stempel meer voor schoonschrijven, waardoor de kans om met rode inkt te mogen schrijven een stuk kleiner werd. Jammer genoeg gingen we na verloop van tijd over op een ballpoint. Dat was heel revolutionair, maar om niet teveel concessies te doen moest er nog wel cursief geschreven worden tot en met de laatste klas. Ik ben heel blij om op zo'n klassieke manier te hebben leren schoonschrijven. Helaas was ik nogal recalcitrant en zodra ik van school af was ben ik meteen rechtop gaan schrijven, waardoor mijn handschrift voorgoed verknoeid is. Mijn meest negatieve herinneringen komen uit de zesde klas, bij meester Wiechers. Uit oogpunt van bezuiniging moest elke millimeter papier in ons schriftje beschreven worden. Ik herinner me dat, wanneer je een duim kon leggen op een onbeschreven stukje papier, je tot strafregels werd veroordeeld, om je eraan te herinneren dat je niet mag stelen van de school. En je moest 's morgens bij het binnenkomen van de klas altijd je handen laten zien en als je onverhoopt een rouwrandje om je nagels had, dan moest je die net zolang boenen tot ze schoon waren. Verder herinner ik me, dat we rond Pasen verplicht de Mattheuspassion moesten beluisteren vanaf een bandrecorder, die op de piano was geplaatst. We kregen allemaal een tekstboekje en moesten de tekst met de muziek volgen. Helaas schoot het door deze aanpak zijn doel helemaal voorbij. Ik begrijp nu, dat meester Wiechers probeerde ons te enthousiasmeren voor de Mattheuspassion, maar we waren gewoon te jong en te onbekend met klassieke muziek. Bovendien was het nogal geforceerd, waardoor het meer als een straf voelde dan iets om van te genieten. Gelukkig heb ik er geen levenslange aversie aan overgehouden en ben ik niet dankzij dhr. Wiechers, maar desondanks een groot liefhebber van Bach in het algemeen en van de Mattheuspassion in het bijzonder geworden.
het Anker, 1963
Volgens de overlevering waren wij de leukste klas ooit.
Volgens de overlevering waren wij de leukste klas ooit. Daar kan ik me wel wat bij voorstellen, want in mijn herinnering is het vier jaar lang een groot feest geweest. Het merkwaardige is alleen dat er, voorzover ik weet, geen foto van onze klas bestaat en er bovendien nog nooit een reunie is geweest. Een verklaring kan zijn, dat de klas boven ons het tijdens een schoolreisje naar Grolloo het zo bont had gemaakt, dat wij daarvan slachtoffer werden. Voor ons dus geen schoolreisjes meer. Maar gelukkig waren daar de gebroeders De Haan, oftewel 'Ouwe' en 'Jonge' Haan. Zij hebben ervoor gezorgd, dat we een fantastisch alternatief kregen: wij mochten wadlopen. Dat was zo'n groot succes dat we als klas naar alle eilanden zijn gelopen en daarvoor een diploma kregen. Maar 'Ouwe' en 'Jonge' Haan hadden nog veel meer creatieve ideeen. Zo hebben ze samen een musical gemaakt. Ik kan het script nog voor me zien, in een oranje kartonnen kaft, met teksten als: 'Ziet toch hoe sterk zij fietst in de wind, Hooggezeten op haar fietsje.' Dat lied ging over juffrouw Bakker, die elke dag vanuit Groningen naar Noordhorn naar school fietste, weer of geen weer. Ik weet de melodie ook nog. Jammer genoeg heb ik het op een gegeven moment, in een vlaag van opruimingsdrift, toch weggegooit. Een andere gelukkige herinnering, is ons examenklasje Frans. We waren slechts met z'n vijfen. Of beter gezegd: met haar vijfen: Janke, Betty, Anje, Froukje en ik. En oh, wat waren we goed. We haalden allemaal enorm hoge cijfers. Ikzelf heb een levenslang trauma overgehouden, omdat ik voor het eindexamen slechts 1/10 punt tekort kwam om voor de afronding op het diploma met een mooie 10 te kunnen pronken. Omdat er alleen in hele cijfers werd gerekend, kwam ik daarom uiteindelijk 'slechts' op een 9 uit. Het bijzondere van dit kleine groepje was, dat we juffrouw Bakker op een heel andere manier hebben leren kennen. En wat was ze eigenlijk ontzettend lief en aardig. Misschien had iedereen voornamelijk een hekel aan de ontzettende hoeveelheid huiswerk die ze altijd opgaf, waardoor ze zelf ook wel vreselijk moet zijn. Maar wij zijn met ons vijfen zelfs een keer bij haar thuis geweest, waar we samen met haar zus een kopje thee hebben gedronken. Voorzover ik weet, was dat nooit eerder gebeurd. Van een heel andere orde was onze muziekleraar: meneer Hulzebos. De jongens en de meiden kregen gescheiden les van hem. Dat kwam omdat op datzelfde moment gymles werd gegeven aan de andere sexe en in die tijd mocht dat niet gemengd. Maar persoonlijk heb ik niets van Hulzebos geleerd. Dat kan te maken hebben met het feit dat ik bij hem meer op de gang stond, dan in de klas zat. Maar aan de andere kant: de jongens moesten voornamelijk strafwerk schrijven en bij de meiden werden er grammofoonplaatjes gedraaid. Lekker makkelijk natuurlijk. De leraar stonk altijd naar alcohol en iedereen vermoedde dat hij aan de drank was. Een heel tragisch figuur eigenlijk. Wat ik ook niet leuk vond, waren de gescheiden lessen in handenarbeid. Terwijl de jongens allemaal spannende dingen mochten doen, moesten wij meiden ons bezighouden met het breien en haken van totaal nutteloze objecten. Ik wilde veel liever doen wat de jongens ook deden, daar had je tenminste wat aan. Want zeg nou zelf: wie breit tegenwoordig nog zelf zijn sokken? De bijnaam van leraar Pop v.d. Velde is in onze klas ontstaan en dat kwam enerzijds door zijn dialect en anderzijds door zijn immer repeterende levensles: 'Je mot je lere leren.' Fonetisch is dat: 'je mot je laire lairen'. Ieders favoriet waren ongetwijfeld de gebroeders de Haan, beter bekend als 'ouwe' en 'jonge' Haan. Geweldig, zoals 'Ouwe Haan' kon vertellen over onze geschiedenis. Ademloos konden we luisteren naar zijn verhalen. En 'Jonge Haan' kon je goed uitleggen wat 'pleonasme' of 'contaminatie' was. En samen vormden ze een heel creatief team. Wat moet het voor hen, als broers, geweldig zijn geweest om samen te mogen werken. Hoe meer ik erover schrijf, hoe meer ik ernaar verlang om nog meer herinneringen op te halen met klasgenoten. Helaas kan ik me bijna geen namen meer herinneren. En het feit dat ik geen klassefoto heb is daar ongetwijfeld debet aan. Daarom een smeekbede aan mijn klasgenoten: wie, o wie, regelt eindelijk een reunie?
Chr. Mavo, 1969