Bekijk het volledige profiel van Bernard Lems en al je andere schoolgenoten!
In SchoolBANK kun je GRATIS je scholen terugvinden en weer in contact komen met je docenten en schoolgenoten. Registreer je en begin meteen!
Bernard Lems heeft 52 klassenfoto's en kent 21 schoolgenoten. Benieuwd of jij iemand herkent?
Meld je snel aan en vind jouw oud-schoolgenoten en klassenfoto's terug!
AanmeldenEen stukje beleving
De Stadhouderslaanschool voor gereformeerd lager onderwijs. In de zomer van 1957 neemt Bernard afscheid van de kleuterschool. Per september zit hij in de eerste klas van de 'grote' school zoals dat heet. Naar Bernards beleving is de school gevestigd in een indrukwekkend gebouw: betegelde gangen en trappen, tegeltableaux met Bijbelse voorstellingen en met moraliserende rijmpjes (Bij het fonteintje:´Water is voor den dorst. Dus er niet mee gemorst´), een buitenhekwerk tussen gemetselde kolommen. De komende zes jaar zal de school voor een groot deel Bernards leven bepalen. En dan vooral in de beleving van gevoel: nieuwsgierigheid, hon-ger naar kennis, teleurstelling in eigen beperkingen, groepsbeleving, ‘er bij willen horen’, verliefdheid, vriendschap, boosheid, ruzie. Het komt allemaal erg sterk bij Bernard binnen. (Sterker als bij een ander?) Voor hem is het 'echte' leven nu begonnen. En het zal nog 'echter' worden. In klas 1 en 2 loopt Bernard nog niet alleen van en naar school. Mama heeft geregeld dat hij mee mag lopen met een meisje uit een hogere klas. Het is een dochter van hoofdmeester Streefkerk en ze woont op de Rijn- en Schiekade. Dat is mooi dichtbij de Witte rozenstraat. Bernard ziet op school hoe meester Streefkerk omgaat met jongens uit de hoogste klas. Hij vindt hem streng en is zelfs wel bang voor hem. Halverwege Bernards schoolloopbaan, in de vierde klas, vertrekt meester Streefkerk tamelijk onverwacht vaar Voorburg. Er zijn veel kwade geruchten over hem verspreid. Die hebben zelfs de krant gehaald. Vervolgens heeft de meester de eer aan zichzelf gehouden. Hij wordt opgevolgd door meester Van der Brink. Als de nieuwe hoofdmeester jarig is, viert hij dat met de hele school. De kinderen worden getrakteerd op filmpjes van ´De Dikke en de Dunne´ en snoep en drinken in de tot feestruimte omgetoverde gymzaal. Een school met familiegeschiedenis. De Stadhouderslaanschool is in 1922 geopend. De totstandkoming is een gevolg van de beëindiging van een tachtigjarige schoolstrijd om vrijheid van onderwijs. Het streven naar een school, niet van de staat, maar van de ouders, ‘naar eigen geloofsrichting’, van Quillaume Groen van Prinsterer, Abraham Kuyper en hun Anti Revolutionaire Partij is, na hun verscheiden, in 1920 door wetgeving van onderwijsminister De Visser uiteindelijk bereikt. Openbare staatsscholen en scholen voor bijzonder onderwijs worden vanaf dat moment gelijk bekostigd. Voor zover ze er al niet waren, voor eigen rekening van de leden/ouders, worden nu rooms katholieke, protestants christelijke, ‘vrije’ en andere schoolverenigingen opgericht. De oprichting is een enorme stap in het emancipatieproces van verschillende volksdelen (‘zuilen’, zo men wil). Ook de gereformeerde ‘kleine luyden’ zijn blij met de eigen school. Hoewel in hart en nieren Nederlands Hervormd, zal Bernards overgrootvader Pieter Bourgeois (zie ‘5’) aangesproken zijn in zijn gereformeerde beginselen en bevorderd hebben dat zijn kleinkinderen de gereformeerde lagere school, ‘nog wel in de eigen Staalwijk’, zullen gaan bezoeken. (Wat zal zijn schoonzoon Arie Lems, Bernards opa, er van gevonden hebben? Hij heeft lang niet zo’n principiële opstelling.) Er bestaat een foto van Bernards vader Pieter (9 jaar) in de 3e klas. Hij staat links van het midden voor meester Willemsen. Meer naar rechts staat het Hoofd der School, meester Bakema, door Pieter z’n leven lang op een voetstuk geplaatst. Alle kinderen van Arie en Marie Lems (opa en oma van Bernard) worden leerling van de school (Pieter, Riet, Jannie, Maarten, Aad en Harrie) onder het opeen-volgend bewind van de bovenmeesters Bakema, Kramer en Streefkerk. Vanaf 1957 gaan Pieters eigen kinderen naar de school (Bernard en Anneke). Hoofd der School zijn in die tijd achtereenvolgens de heren Streefkerk en Van den Brink. Bernards toekomstige vrouw (Heeft hij nog geen idee van.), Metje Schaap, zit bij zus Anneke in de klas. Ook Metjes oudere broers en zus (Gerrit, Co en Annemien) worden in de vijftiger jaren aan de Stadhouderslaan geschoold. Metjes vader, Gerrit Schaap (Van de gelijknamige vishandel aan de Herenstraat.), neemt jarenlang deel in het bestuur van de schoolvereniging. Bernard wordt zo ‘gepakt’ door de sfeer en het onderwijs op de Stadhouders-laanschool dat hij op achtjarige leeftijd (Hoezo eigenwijs??) besluit om onder-wijzer te worden. Na de MULO gaat hij naar de Leidse christelijke Kweekschool en oefent twee jaar lang als kwekeling (Stagiair zal dat in de 21e eeuw gaan heten.) het schoolmees-tersambacht op de school aan de Stadhouderslaan (1969 t/m 1971). Hij vervangt daar in die periode ook leerkrachten die vanwege ziekteverlof langdurig afwezig zijn. Als hij in 1980 ‘hoofd’ (Zo heet dat dan nog steeds. In 1985 wordt de titel ‘directeur’.) wordt van de uit 1927 stammende Julianaschool in Rijssen is dat in zekere zin een vorm van ‘thuis komen’. Het eveneens erg forse gebouw heeft een sfeer die sterk overeenkomt met de oude vertrouwde beleving aan de Leidse Stadhouderslaan. Het gereformeerd lager en voortgezet lager onderwijs beleeft in Leiden tot aan de jaren zestig een enorme groei en bloei. Na behelpen in catechisatielokalen bij de gereformeerde Zuiderkerk aan de Lammenschansweg (Gesloopt in 1980.) en in tijdelijke houten aanbouwingen bij het schoolgebouw, wordt dat gebouw in 1954 uitgebreid met 4 nieuwe lokalen. (Het totaal is dan 14 lesruimtes.) Medio 1960 begint de terugloop. Steeds meer lokalen komen leeg te staan en in 1976 wordt gefuseerd met de Ireneschool van de Hervormde schoolvereniging. Het expliciet gereformeerd karakter van de school(vereniging) is in het midden van de jaren ’60 al opgegeven. Protestants christelijk onderwijs ontkomt niet aan de secularisatiegolf die vanaf de zestiger jaren over Nederland spoelt. Zeker in de randstad worden christenen een steeds sneller slinkende minderheid. In 1992 wordt de christelijke school aan de Stadhouderslaan opgeheven. In het gebouw wordt een islamitische basisschool gevestigd (‘Er Riseleh’); aan de inwendige sfeer mag niets worden veranderd i.v.m. monumentenbeleid. Deze situatie duurt tot op den huidigen dag. (2008) (Dit verhaal is overgenomen uit ‘HOE ERG WAS HET ???’ Een stukje levensverhaal van Arie Lems, mijn grootvader, en zijn familie – Bernard Lems, 2008)
Stadhouderslaanschool, 1960