Bekijk het volledige profiel van Ben Stenekes en al je andere schoolgenoten!
In SchoolBANK kun je GRATIS je scholen terugvinden en weer in contact komen met je docenten en schoolgenoten. Registreer je en begin meteen!
Ben Stenekes heeft 3 klassenfoto's en kent 0 schoolgenoten. Benieuwd of jij iemand herkent?
Meld je snel aan en vind jouw oud-schoolgenoten en klassenfoto's terug!
Aanmeldenoke
schijnt het weer even te doen. Ik biedt mijn lezers mijn excuses aan. Mijn verhalen zijn gewist. Wacht even met nieuwe verhalen tot ik weer begrijp hoe het zit met mijn bezoekers. Ik krijg vrijwel geen kliks en of namen meer door. Dus dat werkt kennelijk ook niet meer.
tuinfluiter, 1948
Gefeliciteerd, 6 april 2019
Van harte gefeliciteerd met je verjaardag. En ik wil je ook met heel mijn hart gezondheid en geluk toewensen . Héél stilletjes, in mijn gedachten, wens ik je iedere dag wel een keer geluk en gezondheid toe. Al sinds mijn 17de. Geeft een goed gevoel dat te denken. De spreuk "Uit het oog uit het hart" klopt dus niet. Leeuwarden, 6 april 2019, Ben.
tuinfluiter, 1948
De Van Sytzemaschool was een voetbalschool, met hoge hekken rondom het schoolplein, waar zelden een bal overheen vloog, voor zover ik mij kan herinneren.
De Van Sytzemaschool was een voetbalschool, met hoge hekken rondom het schoolplein, waar zelden een bal overheen vloog, voor zover ik mij kan herinneren. Ik was te klein om echt goed mee te doen aan al dat voetbalgeweld. Eén keer liep ik in de weg en hield zo per ongeluk een bal tegen met mijn blote been. Dat waren destijds nog ballen die zéér deden. Mijn been kleurde meteen vuurrood en begon te bránden. Maar ik voelde het niet want ik werd vereerd als een groot redder. Ik had een goal voorkomen. Ik stond nog na te genieten van mijn triomf. Maar ja, voetbal is een dynamisch spel. Dus ik kreeg direct een lel onder mijn kont omdat ik de keeper in de weg stond. In zo'n dynamisch spel is dankbaarheid altijd maar van korte duur. Ik denk dat er menige goede voetballer op de Van Sytzemaschool is opgegroeid. Eén daarvan is vermoedelijk Uulke Hoekema, die ook op de van Sytsema gezeten heeft. Ik vermoed dat dat Oeki Hoekema is, die international is geweest, meen ik mij te herinneren. Als klein jongetje van 6 probeerde ik mij ook vaak in de voetbalstrijd te mengen. Ik heb eigenlijk een heel vreemde herinnering aan dat voetbalspel op dat schoolplein. Het was eigenlijk iets heel moois! De grote, sterke jongens, die goed konden voetballen, konden elkaar flink pijn doen als ze tegen elkaar aan knalden. Maar als ik als klein jochie er ook tussen liep "te voetballen", dan werd ik nooit geraakt. Die grote jongens raasden aan alle kanten om je heen en maakten zelfs de gekste kapriolen om je te ontwijken. Gek genoeg was je daartussen als klein jochie volkomen veilig en je kon volop meedoen ook al kreeg je de bal nooit te pakken. Eén ding is zeker: op de voetbalschool van Sytzema kon je op het schoolplein geen overstekertje spelen. Aan de zijkant tegen de bosjes aan werd wel veel geknikkerd en daar zaten wij ook vaak plaatjes van sigarettenmerken te ruilen. De plaatjes knipten wij door midden, dan hadden wij er vier per doosje. De achterkanten waren minder waard. De zeldzaamste merken waren meer waard. Wij handelden vurig en vliegensvlug. En wij vonden het maar wat fijn dat onze vaders zo veel rookten. "Elk voordeel hep zijn nadeel" om maar eens met een spreuk van een groot voetballer dit verhaal over het voetballen op de Van Sytzemaschool te beëindigen. De van Sytzemaschool was verder een gewone, degelijke school. Hij stond in een arbeiderswijk met hier en daar zelfs een beetje achterstand. Er werd hier op een heel bescheiden niveau les gegeven. Toch kan er nog wel een zesje af, want juf Wielinga, die ik na mijn eerste, desastreus verlopen jaar kreeg, was echt een knappe kop. Ik geloof wel dat zij destijds een begrip was in de onderwijswereld. Alleen ben ik ineens niet meer zo zeker of ze toevallig ook Huizinga heette. Misschien waren ze er allebei. Op mijn 5de kwam ik in de eerste klas. Ik heb geen enkele herinnering meer aan die eerste juf, die ik daar had, maar het was jammer genoeg niet juf Wielinga, want dan zou mijn eerste jaar op de lagere school heel anders zijn verlopen! Die eerste dag op school werd ik neergezet naast een reus van een jongen. En dat was voor mij als dreumes van nog geen zes jaar een hele eer. Wist ik veel dat die jongen niet helemaal alte-alte was. Hij had de 1ste klas al verscheidene keren over gedaan. Maar het klappen van de zweep kende hij nog steeds niet. Ik was dolgelukkig dat die jongen naast mij zat en mijn vriend wilde zijn. Ook al was het denkraam van mijn vriend een beetje scheef in elkaar gezet en ook al waren de glazen in zijn denkraam buitengewoon troebel. Als wij samen op pad waren dan haalde mijn vriend heel veel kattenkwaad uit, waaraan ik ijverig mee deed. Wij struinden bijvoorbeeld langs alle teerpotten in de omgeving. Er werd wat afgeteerd in die tijd. Voor mijn vriend was die teer de lekkerste kauwgom die er bestond. Aan zijn smaakpapillen moet ook al wat hebben gemankeerd. Of hij had een tekort aan een belangrijk mineraal. Wie weet. In elk geval kauwde ik ijverig mee. Ik proef de smaak nog als ik er aan denk. Verschrikkelijk! Onze monden waren altijd zwart. En als de teer nog warm en week was dan lieten wij voor de lol de zwarte kwijl langs de mondhoeken omlaag lopen. Mijn vriend zag er afgrijselijk uit en ikzelf zag er op zulke momenten ook behoorlijk afgeleefd uit. Wij genoten dan ontzettend van de reacties in onze omgeving. Ik denk dat wij wel zoveel teer gekauwd hebben dat wij op het laatst - volgens de methode Raspoetin- zo'n beetje immuun tegen kanker moeten zijn geworden [afkloppen maar, teveel hubris is nooit goed] Een tweede geliefde bezigheid van ons was het dóór het spoorslootje lopen in plaats van er langs. Overal waar wij kwamen lieten wij blauwe modder en een ranzige moerasgeur achter. En dan waren we nog niet eens toegekomen aan onze activiteiten ín het schoolbankje. Die waren desastreus en abominabel. Mijn vriend schreef geen cijfers en letters. Of hij ze nu niet hérkende of niet érkende weet ik niet meer. Hij tekende poppetjes als uitkomst van de sommen. De uitkomst van de som deed niet ter zake. Het lag aan zijn gulheid of hij één of tien poppetjes tekende. De poppetjes waren bovendien altijd geschift: scheel, met drie ogen of op één been. Variatie genoeg, tot en met de zeer scabreuze, want daarin was hij nou juist weer niet achterlijk. Het was wel duidelijk dat mijn vriend het spoor bijster was. En ik betwijfel of hij het later nog heeft teruggevonden. [Dan mag hij mij hier de huid vol schelden]. Omdat mijn vriend veel succes had met zijn poppetjes en vooral ook de lachers op zijn hand had was ik ook overgestapt op zijn rekenmethode. Wij dreven onze juf tot wanhoop. Zij trok mij uit woede vaak aan mijn oren. Soms zo hard dat ik thuis eerst naar de spiegel rende om te kijken of mijn oren nog wel even hoog aan mijn hoofd vast zaten. Volkomen uit mijn verband gerukt door mijn gestoorde vriend, mijn hysterische juf en mijn eigen bevattelijkheid voor chaos bleef ik na dat eerste jaar in de eerste klas zitten. Waar mijn boezemvriend na dat jaar is gebleven weet ik niet. Ik hoop dat men hem naar een school heeft gestuurd waar zijn talenten beter tot hun recht zijn gekomen. Mijn eigen moeder was trouwens in dat jaar overtuigd geraakt van mijn imbiciliteit. Zij ging voor mij ijverig achter een plekje op de BLO school aan. Ik werd gered van die BLO door juffrouw Wielinga. Zij ontfermde zich dat tweede jaar in de eerste klas over mij. En ik geloof ook in het 2de en derde jaar. Zij deed haar werk zo goed dat ik mij totaal niets meer van die jaren in de klas herinner. Die jaren gingen geruisloos voorbij. Tot wij gingen verhuizen naar het westen van de stad is alles, behalve het voetballen, weggevaagd uit mijn geheugen. Bij juf Wielinga ging ik altijd geruisloos, kattekwaadloos en probleemloos over.
van Sytzemaschool, 1950