Het is nog niet zo lang geleden, maar iedere generatie heeft zijn eigen rages en trends. Zo waren diabolo’s erg populair, deden we een poging tot het oplossen van de Rubiks kubus en zwaaide we erop los met de klik-klak ballen. De rages en trends van toen waren net even anders dan nu, welke herken jij nog?
Diabolo’s
De diabolo wie kent het niet, een zandlopervormig voorwerp waarmee je kon jongleren. Bij het voorwerp kwamen 2 stokjes met daartussen een stuk touw. Het smalste stuk van het zandlopervormige figuur balanceerde op het touw en door de uiteinden goed vast te houden kon je verschillende trucjes met de diabolo doen.
Wuppies
De wuppie was een klein wollig bolletje met plastic ogen en grote voeten. Ter promotie van het WK in 2006 kon je bij de Albert Heijn deze speeltjes sparen. De wuppie was er in 4 verschillende kleuren, namelijk in het rood, wit, blauw en in het oranje. De wuppie was zo een grote hit dat er zelfs een mega wuppie te verkrijgen was.
Rubiks kubus
Wie lost de Rubiks kubus het snelst op? De Rubiks kubus bestaat uit verschillende gekleurde vakjes en is een puzzel die maar weinig in een korte tijd op kunnen lossen. Met verschillende snelle technieken zijn er een aantal fanatiekelingen die deze kubus met een paar seconden op kunnen lossen.
Klik-klak ballen
De klik-klak ballen konden overal mee naar toe. Een nadeel was alleen dat je elkaar niet goed kon verstaan als de ballen tegen elkaar aan sloegen. Met veel kracht zwaaide de 2 ballen tegen elkaar en maakte het klikkende geluid. De klik-klak ballen waren in verschillende kleuren te koop en zijn dan ook een enorme rage geweest onder zowel jongens als meisjes.
Jojo
De jojo was er in verschillende kleuren en materialen; in het paars, van hout, metaal, met licht en ga zo maar door. Urenlang kon je met de jojo in de weer, samen met je vriendjes op het schoolplein of gewoon thuis. De meeste konden de jojo prima op en neer bewegen, terwijl het bij aantal wel eens in de knoop schoot. En dan waren er nog de uitblinkers, die verschillende trucjes met de jojo konden.
Hoelahoep
De hoelahoep gaat al generaties lang mee en is een spel wat zowel kinderen als volwassenen erg leuk vinden. Door in de hoepel te gaan staan, deze tot je middel optrekt en dan een draaiende beweging maakt, cirkelt de hoelahoep rond je lichaam. Naast dat de hoepel voor hoelahoepen gebruikt kan worden, kun je er ook andere trucjes en spellen mee doen.
Skippybal
De skippybal ook wel de kangoeroebal genoemd, is een bal waarop je gaat zitten en door je af te zetten tegen de grond, stuiterend voortbeweegt. Speelgoedwinkels liggen er vol mee en de bal wordt dan ook in verschillende kleuren en maten verkocht. De skippybal is zowel voor groot als klein en is naast vermaak ook goed voor de balans.
Zijn er nog andere trends of rages die jij je kan herinneren?
Reacties 20
Wat veel bij ons op het schoolplein werd gedaan was, touwtje springen, elastieken, landje pik, knikkeren. Buiten schooltijd, stoepranden
Elastieken en knikkeren, dat waren toch wel mijn favoriete spelletjes. Touwtje springen en met de diabolo was ook leuk om te doen.
Bok Bok Berrie: aantal jongens gaan gebukt staan, de eerste tegen de muur, de volgende met hun hoofd tegen het achterwerk van de voorgaande. Staan er zo een stuk of wat dan gaan de andere jongens één voor één beginnend op de achterste via de anderen naar voren tot op iedere rug iemand zit.
Bokken springen
Wat grappig van de week hadden wij, vrouwen, bijna tachtigers, het toevallig over de jaren vijftig hoe we nog onbekommerd op straat konden spelen. Hoe we slagbal met rondjes deden gewoon op de middenweg. Nog geen auto te bekennen. Zelf kwam ik met Bok Bok Berrie, dat hebben wij als kinderen heel vaak gedaan. Er waren een paar mensen niet uit Amsterdam afkomstig, die kenden het niet. Het was toch niet iets alleen van de grote steden? Enfin leuk was het en vaak kregen we de slappe lach als de boel instortte.
Ik noemde Bok Bok Berrie ook al en ik denk dat het echt iets uit Amsterdam en omgeving was.
Nog een tweede. Ik herinner me het iets anders. Als iedereen gebogen stond, moest je een aanloop nemen en proberen op de voorste gebogen rug te landen. Dat was nou juist de uitdaging haha.
Dat is Bok Bok Berrie, tenminste bij ons in Amstelveen.
"Eén twee drie vier vijf zes zeven, jou moet ik een zoentje geven" Jongens en meisjes draaien in kring rond. In het midden met ogen dicht draait jongen of meisje in tegengestelde richting. Bij "geven" wordt gestopt en wijst meisje of jongen naar ander in de kring. Die twee gaan met ruggen tegen elkaar staan en op commando: 1,2,3 draaien ze hun hoofd opzij. Draaien ze naar elkaar toe, dan zoentje geven. Zo werd ik verliefd op Ria M. in de 4e klas van de lagere school.
Knikkeren. Een Echte. En plaatjes verzamelen. Van KEG Verkade en Hille. En postzegels.
Kaartenleggen op de lagere school gemaakt van halve kartonnen sigarettendoosjes. De Engelse sigaretten waren verpakt in karton, merken.waren o.a. Dame Blache, Players, Navy Cut, Chief Wipp. De voor en achterkant van die doosjes werden in twee helften geknipt (je had dus vier "kaarten" uit één doosje. Er waren twee spelers, die elk hun kaarten moesten schudden en dan elk met de blinde kant op je eigen stapel leggen. Dan werd er een kaart in het midden gelegd met het merk naar boven. Dat deed je om en om. Die stapel groeide totdat een van de spelers een winkaart legde en dan kon hij (jongensspel) de stapel.pakken. Ik meen dat Navy Cut en Pirate winnende kaarten waren. We deden dat in het schoolkwartier ( ik zat op de lagere school van 1954 tot 1960) in Groningen. Ik weet niet of dit spelletje in het hele land werd gedaan.
Wij noemden dit spel 'playeren' misschien omdat de Player verpakking bij ons winnende kaarten waren?
Elastieken
Knikkeren
Tollen!
Er werd bij ons geknikkerd (schuives of knippes) gebald (met drie of meer ballen, superleuk), gehinkeld en getold met de zweeptol en met de haktol. Ook deden we aan elastieken en stoepranden ( met een bal de stoeprand raken, zodat hij weer bij je terugkwam.wat waren we kreatief met de weinige zaken die beschikbaar waren.
hinkelen en verschillende hinkelbanen, de een moeilijker dan de ander. Touwtje springen. Moeder, wat wil ik worden. Verstoppertje. (buuuuut!!) Een soort vang-bal-spel; In je hand had je een "ding" in de vorm van een ijshoorntje, met hierin een balletje. Als je in het "hoorntje" kneep, schoor de bal de lucht in en moest je deze proberen te vangen. In plaats van een tennisracket, waren er ook "bal-vangers"; groot zwart handvat en een gele langwerpige vanger, met gaten en opstaande randen. elke speler had zo'n vanger en een had een witte bal, die hij gooide naar de ander, die deze moest vangen. Wie kent nog frisbieen? (met trema op de " e" ) en vliegeren, vlieger maken.
Op school deden we in de jaren 60 1, 2, 3 KOEKOEK!!!! , rolschaatsen (op rolschaatsen met metalen wieltjes en niet van die laffe rubberwieltjes), elastieken, jo-jo, vlaggenmast gooien met tennisbal (oranje top was 5 punten, de lange witte paal gewoon 1punt), hoela-hoepen, knikkeren (najagertje, kuiltje "tuten", lijntje "tuten", je had gewone glazen knikkers, iets kleinere -die noemden we "beukenootjes" en je had die grote: "bonken"), tollen (die gemaakt waren van de ijzeren spoelenpunten van weefgetouwen, die deden het 't beste), overlopertje, schipper mag ik overvaren ja of nee, voetballen, landjepik, tikkertje, ongelukstikkertje, verstoppertje en niet te vergeten kringspelletjes , zoals zakdoekje leggen, "Er zat een klein zigeunermeisje huilend op een steen"...enz. En inderdaad: "1, 2, 3, 4, 5, 6, 7 wie moet ik een kusje geven? En ja, die klik-klaks, de goeie, nog met touwtjes. Als het mis ging kwamen die harde plastic ballen keihard tegen je pols aan. Later kwamen er zo'n mietjes-versie uit waarbij de ballen aan een soort vaste driehoek zaten....kon er niks fout gaan, je deed je geen pijn meer maar het was ook meteen helemaal geen kunst/handigheid meer.
Oja....voetje van de vloer.....
Ik mis de poppetje met een touwtje met een zwaarder balletje eraan die langs de tafel hing en die je op deze manier van de tafel liet ‘lopen’. En de zachte bal aan een touwtje die je om je enkel deed en dan ‘hupspring’maar!