Ga naar de inhoud

Carnaval – je houdt ervan of je hebt er niets mee!


‘Vasteloavend, vasteloavend, sjiengelesjiengelesjiengelesjiengeleboem..’ Zo begint het refrein van een Venloos carnavalsliedje uit 1950. Verkleden, schminken, kijken naar en/of deelnemen aan carnavalsoptochten, kroeg in, kroeg uit, drinken, feesten, vriendengroep, dansen en gezelligheid. Daar staat carnaval (lees: vasteloavend voor de Limburgers) om bekend. Toch is niet elke Limburger of Brabander er kapot van. Integendeel zelfs. Je houdt van carnaval of je hebt er niets mee. Een gulden middenweg bestaat er eigenlijk niet. Of zeg ik dit nu te stellig? 

Carnaval als kleuter en kind 

In het kloosterdorp Steyl met onder meer zijn mooie klooster- en botanische tuinen en indrukwekkend Missiemuseum groeide ik op. Steyl staat bekend om zijn kloosters. Het is echter ook ‘berucht’ om zijn duivels die al 139 jaar het schilderachtige dorp aan de Maas ‘teisteren’. Voor deze duivels ben ik echter voor de duvel niet bang. Ze verschijnen namelijk alleen maar tijdens carnaval. In tegenstelling tot andere Limburgse dorpen en steden kent Steyl namelijk geen prins Carnaval en adjudanten, maar een Vors Lucifer. Deze wordt elk jaar op carnavalszondag (vasteloaveszondag) uitgeroepen en hij regeert dan een jaar lang over ‘zijn rijk’, de Steyler duuvels en het kaetelgerich

Als kleuter vond ik vasteloavend al erg leuk. In Steyl ging ik naar zaal Elise bij villa Elise waar het Lilliputtersbal plaatsvond. Naarmate ik ouder werd, ‘maakte’ ik met vriendjes en vriendinnetjes café-zaal de Vriendenkring ‘onveilig’ om er gezellig te hossen en te feesten. Mijn moeder, zus en ik gingen ook vaker carnaval vieren in Tegelen met mijn tante, oom, nicht en neef. We begonnen dan in zalencentrum ’t Zaelke en bezochten hierna nog diverse Tegelse cafés. Ook cultureel centrum De Haandert werd niet overgeslagen. Ik weet alleen niet meer of ik hier met mijn familie of met een vriendinnetje en haar ouders naartoe ging. In ieder geval vond ik deze uitstapjes altijd geweldig. Een mooie bijkomstigheid was dat ik dan pas laat in bed lag. In groep zeven van de lagere school ben ik trouwens nog lid geweest van de Raad van Elf. Je kon je hiervoor opgeven. Kortom, in mijn kleuter- en kindertijd hield ik van carnaval.

Carnavalsoptochten 

Carnaval zonder optocht, dat bestaat toch niet? Het is een van de hoogtepunten en bestaat vaak uit loopgroepen, solisten en fanfares. Praalwagens, de een nog groter en kleurrijker dan de andere, vormen ook een belangrijk onderdeel van een carnavalstoet. De wagen van prins Carnaval en de Raad van Elf is volgens traditie de laatste praalwagen. Dit geldt echter niet voor Steyl, omdat dit dorp dus geen prins Carnaval kent. Hier sluit de walmende, huiveringwekkende en imponerende Duuvelswagen met Vors Lucifer, Jeug(d) Vors Lucifer en tientallen duuvels en duuvelkes de (jeugd)optocht af. 

Officieel duurt carnaval in Nederland drie dagen, van zondag t/m dinsdag. Maar in de praktijk is dit al uitgebreid naar 4 en zelfs 5 dagen. 

Op Aswoensdag kun je in sommige kroegen nog herring schellen (haring eten) om het carnavalsseizoen af te sluiten. Dit start trouwens  op de 11e van de 11e. Tijdens de carnavalsperiode heb je ergens wel een carnavalsoptocht. Ik noem er een aantal uit de regio waar ik vandaan kom.

Carnavalszondag

Op de officiële eerste carnavalsdag vindt in mijn geboortedorp Blerick de Groeëten Optoch (lees: De grote optocht) plaats. Venlo heeft dan de kinderoptocht.

Carnavalsmaandag

Op maandag heeft Venlo de ‘gewone, grote carnavalsoptocht’ voor jong en oud. Verder is er in Tegelen de Groëte (grote) Tegelse Optoch. Na de scheiding van mijn moeder, woonde mijn vader in Tegelen. Mijn zus en ik hadden geluk, want de optocht kwam bij hem door de straat. Als het met carnaval erg koud of nat was, keken mijn zus en ik uit het slaapkamerraam naar de optocht. 

Carnavalsdinsdag

Op deze laatste carnavalsdag viert men traditioneel de Boerenbroeloft (boerenbruiloft). Veel mensen in bijvoorbeeld Tegelen en Venlo zijn dan verkleed als boerenbruid of boerenbruidegom. Verder trekt de jeugdoptocht dan door de straten van Steyl. Ook door de straat waar mijn moeder nog steeds woont. Als kind konden mijn zus en ik dus ook bij haar vanuit het slaapkamerraam de stoet bewonderen.

Carnaval als puber en (jong)volwassene

Als puber en jongvolwassene vond ik carnaval ook nog leuk. Vanaf mijn 16e mocht ik van mijn ouders in het weekend uitgaan. Ik ging dan vaker naar Venlo. Zo ook met carnaval. Ik vierde het met vrienden en vriendinnen bij de dansclub waar ik dansles (zie mijn artikel over dansles) volgde en in diverse Venlose kroegen. Ik herinner mij nog dat een wildvreemde jongen op een gegeven moment met mij naar buiten wilde. Ik wees hem af, omdat het buiten erg koud was. En ik had het al ijskoud, terwijl het in het café bloedheet was. Ik heb toen ook een paar weken flink de griep gehad. Een logisch gevolg van carnaval vieren. Dit bestaat namelijk uit een: weinig slaap, veel alcoholgebruik (ik niet), ongezond eten en grote temperatuurverschillen tussen binnen en buiten. 

Tot mijn 24e vond ik carnaval leuk en daarna sloeg het om. Ik vond er niets meer aan. Ik hield niet meer van al dat gejoel, stinkende kroegen, dronken mensen en die enorme mensenmassa’s. Bovendien vond ik het maar een huichelachtige vertoning! Tijdens de carnaval ‘gezellig’ met je praten en je om de nek vliegen en je dan doodleuk na carnaval negeren als je elkaar ergens tegenkwam. Een ding waar ik niet tegen kon en kan, is schijnheiligheid. Tegenwoordig boeit carnaval mij niet meer. Regelmatig zie ik op Facebook herinneringen voorbijkomen van grote carnaval liefhebbers die ernaar snakken om carnaval te vieren. Ik beken eerlijk dat ik hier niets van begrijp. Maar dat is mijn mening. Zoveel mensen, zoveel smaken, zoveel meningen! Misschien moet ik ze maar eens vragen wat zij zo leuk vinden aan carnaval. Hoe zit dat met jou? Ben jij een groot carnavalsvierder en waarom? Of heb je er ook niets mee?

Reacties 2

  1. avatar
    Fia Bakker

    Nee ik heb er echt helemaal niks mee. Maar leuk voor degenen die ervan houden hoor.

  2. avatar
    Lenny van Schaijk

    Ik heb helemaal niets met carnaval, dat viert men niet boven Amsterdam, wel Luilak, dat was ons vermaak 1ns per jaar..