Vroeger speelden we veel meer buiten wordt vaak gezegd. En ik denk ook dat dat klopt. Na schooltijd met klasgenootjes of buurkinderen de straat op tot etenstijd was gebruikelijk. Allerlei buitenspelletjes spelen, elastiek twisten, tikkertje, voetballen, hoepelen etc.
Toen ik een jaar op 9 was verhuisden we vanuit de Zaanstreek naar Heiloo. Een heerlijke plek, vanuit ons hoekhuis hadden we ruim uitzicht over het toen nog braakliggende terrein op het verder gelegen bos. Op de verhuisdag waren mijn ouders druk met uitpakken en ik mocht buiten gaan spelen. Inmiddels hadden wij ook kennisgemaakt met onze buren, een gezin met twee zoons, beiden ouder dan ik. De jongste zoon bood aan om mij “rond te leiden in de buurt”. Dat mocht als we maar niet te ver weg gingen.
Avontuur
We liepen langs de veldjes waar in de toekomst huizen zouden worden gebouwd, maar nu uitnodigden om te ravotten. We kwamen bij het bos, slechts paar minuutjes lopen van ons huis. De ingang was aan de andere kant en dat was een stuk verder lopen. Mijn buurjongen vertelde dat iedereen gewoon over het slootje sprong dan was je er meteen. Hij deed het voor, ik twijfelde, maar liet me overhalen en dat ging gelukkig goed. Toen wij even later terug moesten sprong ik minder fortuinlijk. Het was dan ook een stuk moeilijker omdat de walkant hoger was, ik belandde in de moddersloot. Gelukkig niet diep maar wel erg smerig. Met lood in mijn schoenen huiswaarts. Daar stond ik druipend van de modder, mijn moeder was uiteraard niet blij, juist op deze dag had ze wel iets anders aan haar hoofd. Ik mocht dan ook de eerstkomende tijd niet meer naar het bos. Eenmaal ouder en langer gelukkig wel en toen sprong ik ook met gemak eroverheen.
Onlangs was ik bezoek in mijn oude buurtje en ik wilde even kijken bij het befaamde slootje. Er was nu een hek geplaatst, logisch maar ook jammer van het avontuurlijke.
Wie heeft ook zulke herinneringen?
Meer blogs: