Ga naar de inhoud

Vreselijke banen van vroeger: van braakselverzamelaar tot bottenraper

verschrikkelijke banen

Heb je ooit van het beroep braakselverzamelaar, bottenraper of riooljager gehoord? De minst gewilde banen van de moderne tijd zijn nog een feestje als je deze vergelijkt met de vreselijkste banen van vroeger. Dit zijn de slechtste banen uit de geschiedenis!

1. Braakselverzamelaar

Romeinen vierden vroeger maar al te graag een feestje. Hier werd veel gedronken en gegeten. Als ze vol zaten, gaven ze over om ruimte te maken voor nog meer eten. Hiervoor hadden ze iemand in dienst. Deze braakselverzamelaar leegde hun emmer en maakte deze regelmatig schoon.

2. Badkamerassisstent

Hoewel je nu gewoon alleen naar het toilet gaat, was dit vroeger ondenkbaar. Laat staan voor een vorst. Er ging daarom iemand mee naar de badkamer om te helpen. Omdat deze baan best intiem was, was deze assistent ook gelijk een vertrouweling van de vorst, waardoor je een hogere status aan het hof kreeg.

3. Vioolsnaarmaker

Wat kan er zo erg zijn aan het maken van vioolsnaren? Nou, omdat deze snaren gemaakt werden van de ingewanden van schapen. Zo moest een vioolsnaarmaker zo’n heel schaap ontleden en dan nog eens aan het werk. Het komt nu bijna niet meer voor, maar sommige violisten zien het liefst deze snaren op hun viool. Het geluid schijnt stukken mooier te zijn.

4. Rattenvanger

Men kwam er al snel achter dat ratten makkelijk en snel verschillende ziektes verspreiden. Daarom werd het beroep rattenvanger in het leven geroepen. Deze mensen moesten de populatie van de ratten terugdringen. Dit deden ze op een heel bijzondere manier: ze bedekten zichzelf met oliën die ratten aantrokken. Deze ratten doodden ze vervolgens met hun blote handen. Bah!

5. Houten stokjes in fosforoplossing doen

Sommige beroepen waren zo gevaarlijk, dat er zelfs bepaalde aandoeningen ontstonden. Zo moesten vaak jonge vrouwen houten stokjes in een fosforoplossing dopen. Hier werd je blootgesteld aan giftige dampen die de verschrikkelijke aandoening ‘fosforkaak’ veroorzaakte. Dit waren abcessen op je tandvlees. Het was soms zo erg dat de hele kaak moest worden verwijderd. Waarom ze hier toch mee doorgingen, is nog steeds een raadsel.

6. Bottenraper

Botten waren in de Victoriaanse tijd waardevol materiaal. Er werden bijvoorbeeld sieraden van gemaakt. Daarom waren er verschillende bottenrapers actief, die op zoek gingen naar botten en die doorverkochten aan handelaren.

7. Slangenmelker

Dit bijzondere beroep bestaat nog steeds. Een slangenmelker, zoals de naam al een beetje verklapt, onttrekt het gif uit slangen. Dit werd vervolgens gebruikt als antigif. Nou, succes…

8. Lijkenpikkers

Vanaf de 19e eeuw begon de geneeskunde zich te ontwikkelen. Daarom werkten wetenschappers samen met lijkenpikkers, die voor hun illegaal lichamen opgroeven. De baan werd zo goed betaald, dat sommige lijkenprikkers mensen gingen vermoorden om zo aan lichamen te komen.

9. Riooljager

Een riooljager speurde de riolen af om verhandelbare goederen te vinden. Dit was een vieze en gevaarlijke baan. Toch betaalde het heel goed: je kon er wel 200 mensen van onderhouden. Dat lieten veel mensen zich niet nog een keer zeggen. Hup, dat riool in!

10. Bloedzuigerverzamelaar

In de 19e eeuw was ‘aderlating’ erg populair. Door middel van het tappen van bloed, werd er geprobeerd aandoeningen en ziektes te bestrijden. Het bloed werd getapt door middel van bloedzuigers. Een bloedzuigerverzamelaar verzamelde deze. Vaak zette hij zijn eigen benen in om deze insecten te lokken. Au!

Meer blogs:

categorieën: Van toen